Verslag DACE contactbijeenkomst: 'Levensduurkosten in de praktijk'
1 november 2021 om 15:48 0 reacties
De derde contactbijeenkomst van 2021 werd live gehouden in De Soester Duinen; de tweede keer dat dit zo kon. Er was een grote opkomst te zien, mogelijk gemaakt met de afschaffing van de anderhalvemeterregel en met hulp van de CoronaCheck app. De bijeenkomst was een samenwerking van de DACE SIG HCB en de NVBK. De presentaties hadden allemaal als thema levensduurkosten en iedere presentatie nam een verschillend perspectief: vanuit de opdrachtgever, de opdrachtnemer en de eindgebruiker.
DACE-voorzitter Robert de Vries opende de bijeenkomst en begon met de uitreiking van de DACE-penning aan Ko des Bouvrie, die vandaag na 35 jaar zijn laatste DACE-bijeenkomst bijwoonde. Deze penning is nog maar 5 maal eerder uitgereikt en Ko was dan ook bijzonder verrast en zoals hij zelf aangaf voor het eerst sprakeloos. Ko verdient deze penning met name ook door zijn internationale activiteiten en daar reflecteerde Ko ook op: wij kunnen nog veel leren van wat bijvoorbeeld in Amerika gebeurt. Verder gaf Robert aan dat Ko deze penning hoort te krijgen vanwege zijn gehele oeuvre, die zowel breed als diepgaand is: Ko weet altijd het overzicht te houden en tegelijk is hij niet te verslaan op de details. Robert memoreerde een aantal andere historische gebeurtenissen die op 30 september hebben plaatsgevonden en die een duidelijk verband met de uitreiking van de DACE-penning aan Ko hebben. De eerste beklimming van de Weisskugel in 1861 vanwege het hoogtepunt dat bereikt is, de eerste uitgave van een Kuifje album in 1930, vanwege het icoon van nieuwgierigheid en onderzoek dat daarmee werd geïntroduceerd en de eerste uitzending van de Flintstones in 1960, die zo’n mooi perspectief geven op wat innovaties betekenen, ook in het Stenen Tijdperk.
Na deze feestelijke uitreiking spoorde Robert de mensen aan zich aan te melden als spreker op het ICEC World Congress volgend jaar. Vervolgens introduceerde hij het thema Levensduurkosten en de sprekers van deze middag. Twee vragen die Robert zich nog heugde uit de tijd dat hij zich hier veelvuldig mee bezig hield waren: ‘Waar vind je de data?’ want of een pomp 3 jaar of 10 jaar mee ging maakte nogal wat uit voor de uitkomsten. De andere vraag was ’Welk rentepercentage wordt toegepast?’, ook daarvoor bestond een grote gevoeligheid.
Sturen op waarde
De eerste spreker deze middag was Tim van der Hoogt, senior contractmanager bij Schiphol Group. Hij begon zijn bijdrage met een toelichting op de missie en visie van Schiphol en hoe die leidden tot specifieke en langjarige afspraken met de main contractors. Die missie en visie hebben een focus op de hoge kwaliteit van drie hoofdzaken: Allereerst het netwerk, dat Nederland met de wereld verbindt en omgekeerd. Ten tweede de levenskwaliteit, waartoe gezondheid en duurzaamheid behoren. Tenslotte de geleverde services aan passagiers en airliners.
Van daaruit zijn de doelstellingen voor de Main Contracts 2019 vastgesteld. Duurzaamheid is zo’n doelstelling; deze moet de zero waste ambitie van 2030 ondersteunen en klimaatneutraliteit in 2040. De meest digitale luchthaven in Europa worden is een andere doelstelling; een datagedreven inrichting van processen, gericht op innovatie, betere beheersbaarheid en kosteneffectiviteit. Een excellente organisatie worden hoort ook bij de doelstellingen; daarbij horen langlopende strategische partnerships zodat delen van kennis en investeren ook loont voor de contractors. Tenslotte is een doelstelling om optimaal asset rendement te halen; flexibel op de klantvraag kunnen acteren, richten op maximale bedrijfscontinuïteit en minimale Total Cost of Ownership.
Om dit te bereiken zijn bij de invulling aan de Main Contracts een aantal principes vastgehouden. Er is gekozen voor een geografische of functionele onderverdeling ofwel percelen. Binnen een perceel worden zowel projecten als onderhoud en beheer ondergebracht. De contractvormen voor projecten zijn daarbij flexibel ingericht; voor beheer en onderhoud zijn deze prestatiegericht. De focus is op strategisch partnership en lange termijn, waarbij een open boek begrotingsbenadering voor projecten is gekozen. Percelen zijn ondermeer de landingsbanen, de ondergrondse infrastructuur, landzijdige infrastructuur met alle voorrijwegen en de terminals 1-2 en terminal 3/Plaza
Krakeling
Onderhoud en projecten zijn volgens een ‘krakeling’ model met elkaar verbonden. Optimale asset opbrengst waarbij assets blijven presteren volgens de gedefinieerde functie wordt gerealiseerd door het onderhoud volgens de regelen der kunst uit te voeren: gedegen maintenance engineering, goede scheduling/planning en consistente uitvoering. Best Value Asset Creation door middel van juiste uitvoering van projecten waarbij de meest waarde toevoegende assets worden gekozen.
In deze benadering staat de berekening met het TCO-model centraal bij de besluitvorming. Of het nu gaat om investeringsvoorstellen, om verbeteringsvoorstellen van een aannemer waarbij margecompensatie wordt toegepast om deze verbeteringen te stimuleren, om innovaties hoe lastig die ook zijn te berekenen of om keuzes in het meerjarenonderhoudsprogramma.
Deze aanpak heeft zijn positieve effecten inmiddels laten zien, waarbij men in het eerste jaar vol vooruit kon en in het tweede jaar moest afschakelen vanwege corona. Enkele voorbeelden daarvan zijn: De opbouw van een kostendatabase is van toegevoegde waarde met de honderden projecten op jaarbasis. De kwaliteit van prijsvorming is verbeterd door toetsing en audits. Er staat inmiddels een TCO-model voor de Terminal. Door corona waarbij assets niet operationeel ingezet hoeven te worden is een dossier met onderhoudskansen vastgelegd en uitgevoerd. Er is een (landings)baanstrategie ontwikkeld wat leidt tot betere voorspelbaarheid en beheersing, zowel voor airlines en onderhoudspartijen als voor hinder in omgeving. Een vliegend monteursteam is ingericht om klein onderhoud te verrichten aan vliegtuigopstelplaatsen als de kans zich voordoet dat deze beschikbaar is voor onderhoud.
Voor de korte termijn staan binnen het Main Contracts programma een aantal interessante zaken op stapel. Zo is daar de rijbaanstrategie, aanvullend op landingsbanen dus ook de taxibanen en dergelijke. Verder de intelligente asset control center die er met zijn datagedreven aanpak voor moet zorgen dat nog eerder kan worden ingegrepen bij assets. Tenslotte de datagedreven besluitvorming, zodat bij lastige besluiten de parameters bekend zijn bijvoorbeeld wat de invloed van gebruik en gedrag is en wat het betekent om onderhoud uit te stellen.
Technologie impact
De tweede spreker was Kristel van Haaren van Heijmans Infra. Zij liet deze middag zien wat de impact van technologie is op de beheersing van levensduurkosten en hoe zowel aannemer als opdrachtgever hiervan kunnen profiteren. De omgeving waarin dat het beste tot bloei komt is een omgeving van vertrouwen, met een lange termijn partnership. Zo’n omgeving hebben Heijmans en Schiphol Group gecreëerd. Heijmans werkt al lange tijd voor Schiphol, vanuit een van de Schiphol-contracten; daarbij hebben beiden elkaar ook in moeilijke tijden stevig vastgehouden. In zo’n moeilijke periode zij-aan-zij gaan en transparantie tonen in kosten en TCO is dan erg belangrijk.
Kristel schetste een veranderende, dynamische wereld met onderwerpen als energietransitie, verouderde infrastructuur, eisen aan duurzaam bouwen en gebruiken, tekort aan vaklieden en steeds groter wordende complexiteit. Daarbij speelt de innovatie in technologie een grote rol, enerzijds als een uitdaging om dat op te nemen in een behoudende omgeving als infrastructuur, anderzijds om nieuwe dingen mogelijk te maken.
Deze absorptie van technologie is ook te zien in de 100-jarige geschiedenis van Heijmans. Die is begonnen met de bouw van wegen, later ook naar civiele constructies en utiliteitsbouw in de jaren 50 en 70, en de laatste decennia ook door naar electrical en energieservices. Recent is de ontwikkeling van software ondersteuning in het pakket gekomen, om de trend van data-ontwikkeling en datagedreven diensten te kunnen ondersteunen.
Bij het definiëren van hun diensten laat Heijmans zich leiden door wat de uitdagingen van de klant zijn, met name de invloed van de asset performance op de business performance en de risico’s van de klant. Welke invloed heeft het bijvoorbeeld op het imago van de klant, op de operationele capaciteit, op de onderhoudskosten, op de efficiënte inrichting van processen en bijgevolg op de financiële sterkte en flexibiliteit.
Kristel gaf aan hoe dat concreet wordt ingevuld in het geval van Schiphol op thema’s die Tim eerder noemde. Duurzaamheid vertaalt zich onder andere in circulariteit; een voorbeeld daarvan is het refurbishen van trafoputten. Een ander voorbeeld is een groot project waar al een jaar lang geen ongevallen zijn geweest; daarbij is het ook belangrijk om samen successen te vieren. Daarnaast noemde ze het ondersteunen bij het tekort aan vakmanschap zoals de zogenoemde schakelbevoegden of het introduceren van 4D planning over de percelen heen.
Apple watch
Een praktijk case hoe Heijmans nieuwe diensten ontwikkelt die Kristel vanmiddag wilde uitlichten was de techniek die voor Schiphol is ontwikkeld sinds 2016 om het rendement van de asset te optimaliseren met datatechnieken en -modellen. Die techniek leidt ertoe dat de asset levensduur beter kan worden voorspeld en dat betere (vervangings)scenario’s kunnen worden ontwikkeld en geeft aan hoe de CO2-uitstoot het beste is te optimaliseren. Niet meer gebaseerd op theoretische modellen maar op basis van echte metingen uit het veld van bijvoorbeeld het dynamisch gedrag van avioducten.
Dit gebeurt door sensors aan te brengen die in staat zijn om de kleinste uitslagen die niet met oog waarneembaar zijn te registreren als een vliegtuig passeert. Verder door een algoritme dat de data verzamelt zoals welk type vliegtuig, hoe zwaar was deze, hoe hard reed deze, wat was de indrukking van de plaat, wat zijn de veranderingen over de tijd. Als deze data wordt geanalyseerd kunnen uiteindelijk betere voorspellingen worden gedaan. Dat kan ook inzichtelijk worden gemaakt op een dashboard. De informatie kan gekoppeld wordt aan het meerjarenonderhoudsprogramma om de invloed van uitstel van onderhoud te bepalen. Het is mogelijk real-time mee te kunnen kijken als een soort Apple watch; zo veel beter dan de theoretische exercities die een aantal jaar geleden nog nodig waren om inzicht te krijgen.
Kristel noemde een aansprekend voorbeeld van deze exercitie. Het inzicht dat is verkregen in de levensduur van een bepaalde avioduct leverde op dat dat deze nog 18 jaar langer mee kon dan verwacht. Weliswaar met wat meer onderhoudskosten maar de uitgestelde investeringen en de herwonnen bedrijfscontinuïteit maakten de keuze wel erg eenvoudig om dit scenario te hanteren.
Deze successen zet Heijmans op het pad van verdere verbeteringen in de contracten met Schiphol, zoals reverse engineering, door de echte real-time verkregen asset data te vergelijken met de theoretische data die in projecten wordt gebruikt. Ook continue monitoring van assets is in ontwikkeling zodat real-time zichtbaar is wat de toestand van het asset is. En verdere verbetering van voorspellingsmodellen.
Aan het slot vatte Kristel in een paar steekwoorden samen wat noodzakelijk is om dit te bereiken: onderling vertrouwen, bewustwording, lerend vermogen en loskomen van bestaande denkwijzen.
UTCto5
De laatste spreker deze middag was Carianne Schamhart, cost & carbon performance improvement lead bij Shell. Zij vertelde over het onderzoek naar de kostencompetitiviteit van zogenoemde Integrated gas, ofwel LNG, dat in veel landen gebruikt wordt om stroom op te wekken. Die competitiviteit stond een aantal jaren geleden onder druk vanwege het goedkoper worden van kolen, de steeds lagere kosten van zon- en windenergie en de beschikbaarheid van low cost LNG uit bijvoorbeeld Qatar.
Doel van het onderzoek was om te onderzoeken hoe die competitiviteit te verbeteren is. De onderzoekslens werd daarbij gezet op de gehele keten van winning, via koeling tot en met verscheping. Dat werd gedaan op die zaken die direct met de LNG-keten te maken hadden, dus niet allerlei overheidsafdragen of andere opbrengsten zoals oliewinning gezamenlijk met het gas.
Het onderzoek kreeg de titel UTCto5 mee, ofwel de kosten naar $5/MMBtu, daar waar deze in 2015 nog $8/MMBtu waren. Het onderzoek betrof zowel Capex als Opex componenten. De focus is daarbij gericht op standaardiseren en transparantie, door alle joint ventures en bijzonderheden per land heen. Kenmerk van zo’n onderzoek is dan vooral doen, doen en nog eens doen, met een steeds grotere groep mensen.
Er is een analyse gemaakt welke partijen mee moeten doen en hier liet Carianne een wereldkaart zien waarbij op alle continenten winningsactiviteiten plaatsvinden of dit nu Shell equity betreft of een joint venture. Voor elke stap in de hele keten moest een soort benchmark ontwikkeld worden, zodat transparant en eenduidig voor iedereen is waar kansen liggen en hoe die bijdragen in de waardeketen. Dat vergt behoorlijk wat inspanning maar is vooral een kwestie van uitleggen en doen. Zeker als je dieper in de organisaties terechtkomt, waar niet meer gerekend wordt met $/MMBtu maar met andere eenheden.
Uiteindelijk bleek op deze manier de kosten teruggebracht te kunnen worden naar $ 5/MMBtu, een succes dat is gevierd en dat ook is gepubliceerd. Dit heeft de mogelijkheden voor LNG weer geopend en een nieuwe kijk op deze business.
Deze aanpak via benchmarks voor de gehele keten wordt nu ook toegepast op de broeikasgassenreductie, die Shell wil bereiken. De uitdaging daarbij is om tegelijk de kosten en de uitstoot van broeikasgassen naar beneden te krijgen. Ook hier is de focus op de gehele keten dus ook wat de klanten uitstoten en alles wat Shell doorverkoopt, niet enkel op de eigen productieprocessen. Deze manier van werken vergt een integrale aanpak en één sheet vanaf waar gewerkt moet worden, zowel voor kosten als voor broeikasgassen.
Ook hier zal de discussie vooral gaan over de benchmarks en hoe daar eenheid in te krijgen. Met de ervaring van het weer competitief krijgen van LNG is die kunst aan Carianne en haar team toevertrouwd.
Paneldiscussie
Tijdens de paneldiscussie kwamen verschillende vragen op. Zo was er de vraag of bij de LNG-exercitie bij Shell de verbeteringen met extra investeringen moesten worden opgelost of dat operationeel ook veel te winnen was; deze bleken redelijk verdeeld te zijn over Capex en Opex. Op de vraag hoe Schiphol kwaliteitsverbetering uitrekent kwam het antwoord dat Schiphol de kwaliteit van baangebruik, net als veel andere processen, heeft ondergebracht in kentallen. Ook de vraag hoe eigenaarschap van data is geregeld na beëindiging van de langdurige main contracten leverde een aardige discussie op, evenals interactie die tussen percelen plaatsvindt. Heijmans werd bevraagd over een materialenbibliotheek en Shell over de grensvlakken tussen verschillende disciplines bij het opbouwen van de benchmark. Zo kon een levendige middag worden afgesloten.